Neurologie van het Gezicht

Als onderdeel van de Master Scientific Illustration schreef ik een scriptie over gezichtsuitdrukking. Het laatste deel van de thesis ging over de neurologie van het gezicht. Ik begon hierbij met de anatomie van de zenuw die beweging in het gezicht mogelijk maakt: de aangezichtszenuw (nervus facialis).

Na het illustreren van de algemene anatomie van de aangezichtszenuw, wilde ik een aantal neurologische aandoeningen laten zien die een effect hebben op de gezichtsuitdrukking: centrale verlamming, perifere verlamming en hemifaciale spasmen.

De infographic laat zien dat het verschil tussen de aandoeningen komt door waar en wat er gebeurt in de anatomie van het motorische circuit. Als iemands gezichtshelft volledig verlamd is, heb je te maken met een perifere verlamming. Als er nog beweging mogelijk is in het voorhoofd en rond het oog, heb je te maken met een centrale verlamming. Hemifaciale spasmen zijn spasmen die meestal in het onderste ooglid beginnen en zich uiteindelijk over de hele helft van het gezicht verspreiden.

Bij een centrale verlamming is de laesie ergens boven de aangezichtsmotorische nucleus gelokaliseerd. De laesie veroorzaakt een verlamming van de contralaterale zijde van het gezicht. Er is nog wel beweging mogelijk in het voorhoofd en rond het oog.

Bij een perifere verlamming is de laesie ergens onder de aangezichtsmotorische nucleus gelokaliseerd. De laesie veroorzaakt een verlamming van de gehele helft van de aangedane (ipsilaterale) zijde van het gezicht.

Hemifaciale spasmen worden gekenmerkt door onregelmatige, onwillekeurige spiersamentrekkingen (spasmen) in de ene helft (hemi) van het gezicht. Deze spasmen worden veroorzaakt door de compressie van de aangezichtszenuw als deze uit de hersenstam komt.

nl_NLNederlands